De elektrische telegraaf werd voor het eerst geïntroduceerd voor spoorweggebruik in Engeland tussen Euston en Camden in 1837 en maakte communicatie tussen vaste signaalpunten mogelijk. Elke seingever was verantwoordelijk voor een deel van het spoor dat bekend staat als een bloksectie. Er werden belcodes gebruikt om de klasse en route van de trein te beschrijven die door de seingever naar het volgende blokvak moest worden gepasseerd of om een trein uit het voorgaande blok te accepteren of af te wijzen. Over het algemeen was er slechts één trein tegelijk in een sectie toegestaan; bij slecht zicht werd normaal gesproken tussen elke twee treinen een sectie leeg gehouden. Veel voorrangsbeslissingen werden overgelaten aan de individuele seingever, en omdat ze slechts over beperkte informatie beschikten, namen seingevers vaak onjuiste beslissingen, wat buitensporige vertraging veroorzaakte.